Voor het vak rzl werd gevraagd enkele casussen te lezen en nadien een van de drie casussen te bespreken. Men kon kiezen uit:
Alle artikels kunt u raadplegen door op de bovenstaande titel te klikken. Mijn gekozen artikel is: "Scholen kunnen beter stoppen met huiswerk", omdat ik meteen overtuigd was dat ik niet akkoord ging met deze opvatting.
Het artikel gaat over het wel-of-niet afschaffen van het huiswerk. Sommige mensen zouden dit willen afschaffen omdat het kind te weinig vrije tijd heeft en de relatie tussen familie (ouders) en het kind kan versterkt worden.
Persoonlijk ga ik hier niet mee akkoord omdat huiswerk zeer belangrijk is voor kinderen. Door het huiswerk leren de kinderen hun werk plannen, ze leren zowel zelfstandig als in groep werken en bovendien, zeer belangrijk, ze leren de leerstof inoefenen. Kinderen hebben hier nood aan. Het is belangrijk dat ze enkele oefeningen kunnen maken om zich later te kunnen ontplooien tot een volwaardig individu. Dit is heel belangrijk voor hun verdere leven en voor hun verder studiekeuzes. Daarom ben ik er absoluut tegen als huiswerk wordt afgeschaft.
Huiswerk duurt soms lang, is lastig of we weten niet goed hoe we aan iets moeten beginnen maar uiteindelijk komen we er wel op onze eigen manier en ons eigen tempo en vooral deze twee aspecten zijn prioriteit.
Ik denk, als het huiswerk afgeschaft wordt, dat er heel veel leerstof verloren gaat. De leerlingen zullen meer vrijheid hebben (wat goed is) maar het zal teveel worden en dat is dan weer niet goed. Er moet dus een evenwicht zijn in vrije tijd (ontspanning) en werk (inspanning). Als dit niet in balans is, zal het kind op een of andere manier niet slagen. Teveel werken is niet goed want iedereen heeft nood aan ontspanning maar teveel ontspanning is ook niet goed want dan leer je niets of toch weinig.
Ik begrijp wel dat sommige kinderen laaggeschoold zijn, dat kinderen het moeilijk hebben op school maar juist aan die kinderen moet men veel aandacht schenken. Er zijn genoeg scholen voor kinderen die niet mee kunnen in het gewoon onderwijs (ik denk aan bijzonder onderwijs) maar die leerlingen moeten wel eerst de kans krijgen om zich te ontplooien in het gewoon onderwijs. Dit kan controleren door huistaken, toetsten en andere werkmiddelen te gebruiken. Pas dan weet de ander of een leerling kan slagen, de leerstof begrijpt of als die leerling toch zal moeten 'zakken'.
Dit brengt we zelf meteen naar mijn volgend standpunt: de testen mogen niet alleen kennis zijn maar moeten ook vaardigheden zijn. Het is niet omdat een leerling geen definitie kent van een of ander woord, dat hij of zij het woord niet begrijpt. Ik vind de praktijk en dus vaardigheden zeer belangrijk.
Bijvoorbeeld: als je houtbewerking studeert en je leert hoe je een vogelkastje moet maken, is het belangrijk om dat kastje ook zelf te maken. Het uitvoeren, de praktijkervaring is belangrijk. Wanneer je dan nog iets niet begrijpt, kun je altijd vragen stellen. Ik denk dat deze methode veel beter is om de inhoud van de leerstof te begrijpen dan wanneer je een handleiding heeft en dat moet je vanbuiten leren.
Indien je dit ook zo vindt of hier helemaal anders tegenaan kijkt, mag je dit altijd laten weten.
